7. Garantía del fabricante
El periodo de garantía es de 12 meses a partir de la entrega del producto nuevo
al primer usuario. Se debe acreditar el momento de entrega enviando los
recibos originales de compra, los cuales deben incluir la fecha de adquisición
yladenominacióndelproducto.Todoslosfallosdefuncionamientoquesurjan
dentrodelperiododegarantíayqueobedezcanafallosdefabricacióno
material probados, se repararán de forma gratuita. La reparación de las caren-
cias no supone una prolongación ni renovación del período de garantía del
producto. Los daños derivados de un desgaste natural, manejo indebido o uso
abusivo, no observación de las normas de uso, utilización de materiales
inadecuados,sobreesfuerzo,utilizaciónparaunanalidaddistinta,intervención
por cuenta propia o ajena u otras causas que no sean responsabilidad de
REMS quedarán excluidas de la garantía.
Los servicios de garantía únicamente pueden ser prestados por un taller de
servicio REMS concertado. Las exigencias de garantía sólo se reconocerán
cuando el producto sea entregado a un taller de servicio REMS concertado
sinmanipulaciónpreviaysindesmontar.Losproductosyelementosrecam-
biados pasan a formar parte de la propiedad de la empresa REMS.
Elusuariocorreconlosgastosdeenvíoyreenvío.
Esta garantía no minora los derechos legales del usuario, en especial la
exigencia de garantía al vendedor por carencias. Esta garantía del fabricante
esválidaúnicamenteparaproductosnuevosadquiridosyutilizadosenlaUnión
Europea, Noruega o Suiza.
Esta garantía está sujeta al derecho alemán, con la exclusión del Convención
de las Naciones Unidas sobre contratos para la venta internacional de merca-
derías (CSIG).
8. Catálogos de piezas
Consulte los catálogos de piezas en la página www.rems.de→Descargas→
Lista de piezas.
nld
Vertaling van de originele handleiding
Fig. 1– 4
1 Snijwielaandrijving
2 Snijwiel
3 Buissteun
4 Standaardboringen
5 Buis
6 Aandraaihendel
8 Voetschakelaar
9 REMS REG 28 – 108
10 REMS REG 10 – 54 E
Algemene veiligheidsinstructies voor elektrisch
gereedschap
WAARSCHUWING
Lees alle veiligheidsinstructies en gebruiksaanwijzingen. Het niet naleven van
de waarschuwingen en gebruiksaanwijzingen kan tot een elektrische schok, brand
en/of ernstig letsel leiden.
Bewaar alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen voor latere raadpleging.
1) Veiligheid op de werkplek
a) Houd uw werkplek schoon en goed verlicht. Een rommelige of onverlichte
werkplek kan tot ongevallen leiden.
b) Werk met het elektrische gereedschap niet in een omgeving waar zich
brandbare vloeistoffen, gassen of stoffen bevinden en dus explosiegevaar
bestaat. Elektrische gereedschappen produceren vonken, die het stof of de
dampen kunnen ontsteken.
c) Houd kinderen en andere personen uit de buurt tijdens het gebruik van het
elektrische gereedschap. Als u wordt afgeleid, kunt u gemakkelijk de controle
over het apparaat verliezen.
2) Elektrische veiligheid
a) De aansluitstekker van het elektrische gereedschap moet in de contactdoos
passen. De stekker mag op geen enkele wijze worden veranderd. Gebruik
geen verloopstekkers voor elektrische gereedschappen met randaarding.
Onveranderde stekkers en passende contactdozen verminderen het risico van
een elektrische schok.
b) Vermijd lichamelijk contact met geaarde oppervlakken zoals buizen, radi-
atoren, fornuizen en koelkasten. Er bestaat een verhoogd risico van een
elektrische schok, als uw lichaam geaard is.
c) Houd het elektrische gereedschap uit de buurt van regen of vocht. Het
binnendringen van water in elektrisch gereedschap verhoogt het risico van een
elektrische schok.
d) Gebruik het snoer niet oneigenlijk om het elektrische gereedschap te dragen,
op te hangen of om de stekker uit de contactdoos te trekken. Houd het
snoer uit de buurt van hitte, olie, scherpe randen of bewegende onderdelen.
Een beschadigd of in de war gebracht snoer verhoogt het risico van een elekt-
rische schok.
e) Als u met een elektrisch gereedschap in de openlucht werkt, mag u uitsluitend
verlengsnoeren gebruiken die voor buitengebruik geschikt zijn. Het gebruik
van geschikte verlengsnoeren vermindert het risico van een elektrische schok.
f) Als het bedrijf van het elektrische gereedschap in een vochtige omgeving
onvermijdelijk is of als de kans reëel is dat u in het snoer snijdt, dan dient
u een aardlekschakelaar te gebruiken. Het gebruik van een aardlekschakelaar
vermindert het risico van een elektrische schok.
3) Veiligheid van personen
a) Wees aandachtig tijdens het gebruik van elektrisch gereedschap. Let op
wat u doet en werk met verstand. Gebruik geen elektrisch gereedschap,
als u moe bent of als u onder invloed bent van drugs, alcohol of medicijnen.
Een moment van onoplettendheid tijdens het gebruik van het elektrische
gereedschap kan ernstige letsels tot gevolg hebben.
b) Draag persoonlijke beschermingsmiddelen en altijd een veiligheidsbril. Het
dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen zoals stofmasker, slipvaste
veiligheidsschoenen, veiligheidshelm of gehoorbescherming, naargelang de aard
en het gebruik van het elektrische gereedschap, vermindert het risico van letsels.
c) Voorkom een onbedoelde inschakeling van het gereedschap. Verzeker u
ervan dat het elektrische gereedschap uitgeschakeld is, alvorens u het op
het stroomnet en/of de accu aansluit, opneemt of draagt. Als u bij het dragen
van het elektrische gereedschap uw vinger aan de schakelaar houdt of als u het
gereedschap op de elektrische voeding aansluit terwijl het ingeschakeld is, kan
dit ongevallen veroorzaken.
d) Verwijder instelgereedschap of schroefsleutels, voor u het elektrische
gereedschap inschakelt. Werktuigen of sleutels die zich in een draaiend
apparaatonderdeel bevinden, kunnen letsels veroorzaken.
e) Vermijd een abnormale lichaamshouding. Zorg ervoor dat u stabiel staat
en te allen tijde uw evenwicht kunt bewaren. Zo kunt u het elektrische
gereedschap in onverwachte situaties beter controleren.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen wijde kleding of sieraden. Houd uw
haar, kleding en handschoenen verwijderd van bewegende onderdelen.
Losse kleding, sieraden of lange haren kunnen door bewegende onderdelen
worden gegrepen.
g) Als stofafzuig- en -opvanginrichtingen kunnen worden gemonteerd, dienen
deze aangesloten en correct gebruikt te worden. Gebruik van een stofafzuiging
kan risico’s door stof verminderen.
4) Gebruik en behandeling van elektrisch gereedschap
a) Overbelast het gereedschap niet. Gebruik bij uw werk het elektrische
gereedschap dat daarvoor bedoeld is. Met het juiste elektrische gereedschap
werkt u beter en veiliger binnen het aangegeven vermogensbereik.
b) Gebruik geen elektrisch gereedschap met een defecte schakelaar. Elektrisch
gereedschap dat niet meer kan worden in- of uitgeschakeld, is gevaarlijk en moet
worden gerepareerd.
c) Trek de stekker uit de contactdoos en/of verwijder de accu, voor u instel-
lingen van het gereedschap wijzigt, accessoires vervangt of het gereedschap
weglegt. Deze voorzorgsmaatregel voorkomt dat het elektrische gereedschap
onbedoeld start.
d) Bewaar ongebruikt elektrisch gereedschap buiten het bereik van kinderen.
Laat het gereedschap niet gebruiken door personen die er niet vertrouwd
mee zijn of die deze instructies niet gelezen hebben. Elektrisch gereedschap
is gevaarlijk, als het door onervaren personen wordt gebruikt.
e) Onderhoud elektrisch gereedschap zorgvuldig. Controleer of beweeglijke
onderdelen vlekkeloos functioneren en niet klemmen en of bepaalde onder-
delen eventueel gebroken of zo beschadigd zijn, dat het elektrische
gereedschap niet meer correct werkt. Laat beschadigde onderdelen repa-
reren vóór het apparaat weer wordt gebruikt. Veel ongevallen zijn te wijten
aan slecht onderhouden elektrisch gereedschap.
f) Houd snijwerktuigen altijd scherp en schoon. Zorgvuldig onderhouden
snijwerktuigen met scherpe snijkanten gaan minder snel klemmen en kunnen
gemakkelijker worden geleid.
g) Gebruik elektrisch gereedschap, accessoires, werktuigen enz. uitsluitend
volgens deze instructies. Houd daarbij rekening met de werkomstandigheden
en uit te voeren werkzaamheden. Het gebruik van elektrisch gereedschap voor
andere dan de beoogde toepassingen kan tot gevaarlijke situaties leiden.
h) Houd grepen droog, schoon en vrij van olie en vet. Gladde grepen verhinderen
een veilige hantering en controle van het elektrische gereedschap in onverwachte
situaties.
5) Service
a) Laat uw elektrische gereedschap uitsluitend door gekwaliceerd vakper-
soneel en alleen met originele reserveonderdelen repareren. Zo is gegaran-
deerd dat de veiligheid van het elektrische gereedschap in stand gehouden wordt.
Veiligheidsinstructies voor buisafkortmachines
WAARSCHUWING
●
Buisafkortmachine niet overbelasten. Geen beschadigde snijwielen gebruiken.
Matige aandrukkracht gebruiken.
●
Voorzichtig! Houd haren, kleding en handschoenen verwijderd van de buissteun,
wanneer er een buis in de looprollen draait. Losse kleding, sieraden of lange
haren kunnen tussen de draaiende buis en de loop rollen getrokken worden.
●
Niet in het draaiende snijwiel grijpen.
●
Gebruik voor de ondersteuning van lange buizen aan beide kanten een materi-
spa / nld nld